STOFZUIGERS
Wat zeggen stofzuigers over de stand van zaken in de Hongaarse economie? Meer dan je zou denken. Ik kocht mijn eerste Hongaarse stofzuiger in 1992. Nou ja, het was geen Hongaars product, maar een Tsjechisch, maar het was wel het gangbare model dat je toen overal in de winkels zag. Het apparaat had de hoekige vorm van een casinobrood, bleef dus achter iedere stoelpoot steken, had die vage kleur beige die je ook bij Trabanten en andere producten uit de (post-)communistische industrie tegenkwam en zoog voor geen meter. Maar goed, het weekendhuisje waar die stofzuiger voor bedoeld was, moest het er maar mee doen.
Toen in 1998 onze gewone stofzuiger, ooit in Nederland gekocht, na weet ik veel hoeveel jaar trouwe dienst toch wat in kwaliteit begon na te laten, ging die naar het weekendhuis, want hij zoog nog altijd beter dan de Tsjech.
Er kwam een nieuwe stofzuiger, vrolijk modern rood en met een prettige vormgeving waarmee hij makkelijk langs stoelpoten gleed. Wederom geen Hongaars product, maar ditmaal een Duits, dat ook nog claimde ekologisch te zijn, wat dat bij een stofzuiger ook moge betekenen. Hij zoog naar tevredenheid, al hadden we iedere keer wel moeite de stofzuigerzakken te vinden, want voorraadbeheer was - en is - een probleem voor de meeste winkels, zodat de zakken regelmatig op zijn.
De Duitser doet nog steeds dienst, maar door omstandigheden hebben we onlangs een tweede stofzuiger gekocht, ontworpen in Nederland, gefabriceerd in China, ik laat het aan uzelf over om te bedenken welk merk. Het was de duurste stofzuiger uit de winkel, en ik vond het een supermodern ding. Hij zuigt beter dan alle stofzuigers die we ooit eerder hadden, en zachter ook. Een topproduct, dacht ik.
Tot ik een recente Consumentengids zag met een onderzoek naar stofzuigers. De onze staat er ook bij. In Nederland kost hij pakweg net zoveel als in Hongarije, maar de duurste is hij zeker niet. Eerder een van de goedkoopste, en qua prestaties valt hij in de middenmoot.
Het is niet voor het eerst dat ik dat meemaak. Wat in Hongarije tot het duurste marktsegment behoort, is in Nederland meestal een goedkoper product. De goedkoopste producten in Hongaarse winkels tref je op de Nederlandse markt niet eens aan. En niet voor niets, want meestal stellen die echt weinig voor.
Er is één EU, maar nog steeds produceren fabrikanten voor twee markten: de koopkrachtige West-Europese, en de veel minder koopkrachtige Centraal-Europese. Toen ik laatst een nieuwe wasmachine kocht, wilde ik een Nederlandse, of Engelse gebruiksaanwijzing downloaden op het internet, want wat bijgeleverd was, was Hongaars, Tsjechisch, Pools, Slowaaks, Roemeens, Kroatisch, Grieks en Turks. Of iets dergelijks. Nou kom ik ook wel uit de Hongaarse handleiding, maar Nederlands is toch nog steeds makkelijker.
Aanvankelijk leek dat geen probleem. Ik vond de wasmachine die ik zocht, dacht ik. Het typenummer dat vermeld was, week iets af, maar ik ging ervanuit dat het pakweg op hetzelfde neer zou komen.
Maar toen ik de gebruiksaanwijzing beter bekeek, bleken de verschillen toch groter dan ik dacht. Het Nederlandse type was voorzien van een digitaal display en allerlei electronica, de Centraal-Europese variant moest het zonder doen. Dat verklaarde meteen waarom mijn model enkele honderden euro's goedkoper was geweest dan zijn Nederlandse broertje. En de enige gebruiksaanwijzingen die ik voor mijn machine vond, waren allemaal in talen van landen met een minder koopkrachtige markt.
Klaag ik? Zeker niet. De apparaten die tegenwoordig op de markt zijn, zijn over het algemeen onvergelijkbaar veel beter dan wat er twintig jaar geleden in Hongarije te krijgen was. Een Hongaars gastoestel dat ik samen met mijn Tsjechische stofzuiger kocht, kon voor mijn gevoel eigenlijk meteen bij de vuilnis: zodra je de oven gebruikte, zetten de knoppen zodanig uit dat je het gas niet meer uit kon draaien. En de oven brandde zeer onregelmatig en werd gloeiend heet, een probleem dat veel Hongaren oplosten door een paar dakpannen op de bodemplaat te leggen. Daardoor verdeelde de hitte beter.
We zijn dus vooruitgegaan, maar het blijft een tweederangs markt, waar het aanbod nog steeds kleiner is dan in West-Europa. Vandaar dat ik me, twintig jaar na dato, nog steeds erop betrap dat ik bij ieder bezoek in Nederland naast kaas, drop en stroopwafels een hele boodschappenlijst aan andere dingen insla. Maar laat iemand me nou verteld hebben dat ze in Hongarije tegenwoordig óók electrische vliegenmeppers hebben...
Toen in 1998 onze gewone stofzuiger, ooit in Nederland gekocht, na weet ik veel hoeveel jaar trouwe dienst toch wat in kwaliteit begon na te laten, ging die naar het weekendhuis, want hij zoog nog altijd beter dan de Tsjech.
Er kwam een nieuwe stofzuiger, vrolijk modern rood en met een prettige vormgeving waarmee hij makkelijk langs stoelpoten gleed. Wederom geen Hongaars product, maar ditmaal een Duits, dat ook nog claimde ekologisch te zijn, wat dat bij een stofzuiger ook moge betekenen. Hij zoog naar tevredenheid, al hadden we iedere keer wel moeite de stofzuigerzakken te vinden, want voorraadbeheer was - en is - een probleem voor de meeste winkels, zodat de zakken regelmatig op zijn.
De Duitser doet nog steeds dienst, maar door omstandigheden hebben we onlangs een tweede stofzuiger gekocht, ontworpen in Nederland, gefabriceerd in China, ik laat het aan uzelf over om te bedenken welk merk. Het was de duurste stofzuiger uit de winkel, en ik vond het een supermodern ding. Hij zuigt beter dan alle stofzuigers die we ooit eerder hadden, en zachter ook. Een topproduct, dacht ik.
Tot ik een recente Consumentengids zag met een onderzoek naar stofzuigers. De onze staat er ook bij. In Nederland kost hij pakweg net zoveel als in Hongarije, maar de duurste is hij zeker niet. Eerder een van de goedkoopste, en qua prestaties valt hij in de middenmoot.
Het is niet voor het eerst dat ik dat meemaak. Wat in Hongarije tot het duurste marktsegment behoort, is in Nederland meestal een goedkoper product. De goedkoopste producten in Hongaarse winkels tref je op de Nederlandse markt niet eens aan. En niet voor niets, want meestal stellen die echt weinig voor.
Er is één EU, maar nog steeds produceren fabrikanten voor twee markten: de koopkrachtige West-Europese, en de veel minder koopkrachtige Centraal-Europese. Toen ik laatst een nieuwe wasmachine kocht, wilde ik een Nederlandse, of Engelse gebruiksaanwijzing downloaden op het internet, want wat bijgeleverd was, was Hongaars, Tsjechisch, Pools, Slowaaks, Roemeens, Kroatisch, Grieks en Turks. Of iets dergelijks. Nou kom ik ook wel uit de Hongaarse handleiding, maar Nederlands is toch nog steeds makkelijker.
Aanvankelijk leek dat geen probleem. Ik vond de wasmachine die ik zocht, dacht ik. Het typenummer dat vermeld was, week iets af, maar ik ging ervanuit dat het pakweg op hetzelfde neer zou komen.
Maar toen ik de gebruiksaanwijzing beter bekeek, bleken de verschillen toch groter dan ik dacht. Het Nederlandse type was voorzien van een digitaal display en allerlei electronica, de Centraal-Europese variant moest het zonder doen. Dat verklaarde meteen waarom mijn model enkele honderden euro's goedkoper was geweest dan zijn Nederlandse broertje. En de enige gebruiksaanwijzingen die ik voor mijn machine vond, waren allemaal in talen van landen met een minder koopkrachtige markt.
Klaag ik? Zeker niet. De apparaten die tegenwoordig op de markt zijn, zijn over het algemeen onvergelijkbaar veel beter dan wat er twintig jaar geleden in Hongarije te krijgen was. Een Hongaars gastoestel dat ik samen met mijn Tsjechische stofzuiger kocht, kon voor mijn gevoel eigenlijk meteen bij de vuilnis: zodra je de oven gebruikte, zetten de knoppen zodanig uit dat je het gas niet meer uit kon draaien. En de oven brandde zeer onregelmatig en werd gloeiend heet, een probleem dat veel Hongaren oplosten door een paar dakpannen op de bodemplaat te leggen. Daardoor verdeelde de hitte beter.
We zijn dus vooruitgegaan, maar het blijft een tweederangs markt, waar het aanbod nog steeds kleiner is dan in West-Europa. Vandaar dat ik me, twintig jaar na dato, nog steeds erop betrap dat ik bij ieder bezoek in Nederland naast kaas, drop en stroopwafels een hele boodschappenlijst aan andere dingen insla. Maar laat iemand me nou verteld hebben dat ze in Hongarije tegenwoordig óók electrische vliegenmeppers hebben...
Reacties
Maar 15 jaar geleden heb ik ook wel eens 10 balen Beamix cement achter in de auto gehad. Voor echt mooi schoon metselwerk was er met die Russische en Roemeense cement niets te beginnen.
Mijn voorkeur is dan duidelijk omgekeerd.
(klaasaskia@gmail.com)
voorts is het weer en temperatuur over het algemeen goed en het leven is minder gehaast en het uiteten gaan is nog te betalen en lekker.
als ik in nedeland ben geweest, ben ik blij dat ik weer terug ben, nee, geef mij maar Hongarije
hans.