KOLONTÁR, EEN VERVOLGVERHAAL, DEEL 4. GROND
János Fuchs (55) en zijn vrouw Magdi (53) verloren bij de modderramp in oktober bij een aluminiumfabriek bij het Hongaarse Kolontár hun bejaarde moeder, hun huis en hun meeste bezittingen. De regering heeft hen en hun dorpsgenoten nieuwe huizen beloofd. Een vervolgverhaal. In de vallei net voorbij Kolontár ligt het land van János Fuchs, tien hectare vruchtbare grond. Op de dag van de ramp was hij daar aan het werk met zijn tractor. “Gelukkig reed ik net in de richting van de slibopslag en zag ik de dijk doorbreken. Anders had ik het nooit op tijd doorgehad en was er twee meter modder over me heen gegolfd,” zegt hij. Nu kon hij de tractor keren en op een helling een veilig heenkomen zoeken. “Het is een oud beestje, een Tsjechische Zetor uit de communistische tijd, maar ik verkoop hem nooit. Die tractor heeft mijn leven gered.” De landbouwgrond kwam in de familie dankzij de schadevergoeding die de grootvaders van Magdi en János in de jaren negentig kregen, omdat ze in de Tweede Wereldoo