Voor de rechter
Voor de rechter Halverwege de zitting wordt het de Cubaan Joel Q. even te machtig en slaat zijn astma toe. Frummelend met geboeide handen haalt hij een inhalator uit zijn jaszak. Naast hem zit zijn medeaangeklaagde, de Bengali Mohammed R., ingehouden te snikken. Zijn tolk stopt hem een zakdoekje toe om zijn tranen te drogen. Ze zijn met zijn drieën, de verdachten in de kleine, kale zittingskamer in de rechtbank in Szeged. De Cubaan en de twee Bengali worden alle drie ervan beschuldigd dat ze als vluchteling illegaal het hek dat de Hongaars-Servische grens afsluit, zijn gepasseerd. Volgens de Hongaarse wet kunnen ze drie jaar gevangenisstraf krijgen. Het moment dat zijn tolk die strafmaat vertaalt, begint Mohammed R. te huilen. Rechter Kristian Kemenes kijkt niet onvriendelijk op, maar gaat daarna onverstoorbaar verder met afratelen van wetsartikelen en andere standaardformuleringen. Hij kan de teksten duidelijk dromen. Geen wonder: iedere week worden enkele tientallen mensen aan het h