Straatkroniek: Scherpe pepers

In de Turkse supermarkt bekijkt een vrouw de groene pepers met een kritische blik. "Zijn die scherp?" vraagt ze aan een jongen die bezig is de voorraden aan te vullen. Hij vindt van wel, maar als ik haar zo bekijk, komt ze ergens uit Oost-Afrika. Ik heb een paar keer Ethiopisch gegeten en vermoed daarom dat zijn scherp niet haar scherp is.
"Ik denk niet dat u ze echt scherp vindt," zeg ik dan ook, en raad haar aan haar pepers bij de Surinamer aan de overkant of de Aziatische toko even verderop te kopen. Ze knikt, ze kent beide winkels, en ja, die hebben echte scherpe pepers, maar ze wil toch nog een keer weten of deze pepers nou scherp zijn. "Dan proeft u er toch een," zegt de jongen uiteindelijk zuchtend.
Ze breekt bijt erin en schudt haar hoofd. "Niet scherp," zegt ze bits, "Helemaal niet scherp." Even later staat ze bij de kassa voor me, met een pak bulgur en, tamelijk verrassend na haar afkeurende gezicht, twee groene pepers in haar hand.
De bulgur blijft meteen achter, als blijkt dat die zaterdag weliswaar in de aanbieding was, maar nu niet meer en dat daar met de kassière ook niet over te onderhandelen valt. Die zucht, je ziet  haar denken dat dit geen Oost-Afrikaanse markt is waar over de prijs van alles, dus ook van voorverpakte bulgur, te marchanderen valt.
Dan komen de pepers aan de beurt. De vrouw legt uit dat van de ene peper het topje mist omdat ze die gekregen heeft om van te proeven. En voor iets dat je gekregen hebt, hoef je niet te betalen, meent ze.
De kassière haalt haar schouders op, kijkt wat kritisch naar de schappenvuller aan de andere kant van de winkel en zegt de winkel niet zomaar pepers weggeeft en dat de vrouw, ook als ze ervan geproefd heeft, gewoon moet betalen. Ze weegt ze: samen kosten de twee pepers 28 cent.
Vijftien cent voor twee, twintig cent voor twee, probeert de vrouw en ze klaagt nogmaals dat die pepers niet eens scherp zijn. De kassière schudt vastbesloten haar hoofd. En nee, de peper zonder punt mag de vrouw ook niet teruggeven, want die valt niet meer te verkopen.
Ze laat uiteindelijk verontwaardigd de gave peper liggen en legt met zichtbare tegenzin 15 cent neer voor het aangeknaagde exemplaar. Terwijl ze de winkel uitloopt, schudt een Turkse jongen achter me in de rij zijn hoofd en zegt vol ongeloof: "Echt waar? En dat allemaal voor veertien cent?"

Als u deze blog waardeert en dat wilt laten blijken met een bijdrage, vind ik dat uiteraard heel prettig. Alleen met uw steun kan onafhankelijke journalistiek in stand blijven.



Reacties

Populaire posts van deze blog

Dit gebeurt er als je op cookies klikt.

Pizza per drone? Nog even wachten

Wereldleider in unieke chips.